 |
Het eerste dat opvalt aan de versjesbundel 'Jouw hand in mijn hand' zijn de beeldschone prenten van Willemien Min. Ze zijn naïef en dromerig: de pasteltinten geven de pagina's een zachte gloed. Alleen om de illustraties al zou je 'Jouw hand in mijn hand' poëtisch mogen noemen. Maar geldt dat ook voor de tekst?
De versjes van Sjoerd Kuyper lichten af en toe op, maar stellen over het algemeen teleur. Het ontbreekt Kuyper in deze bundel aan een natuurlijke taalsouplesse. Vul- en verkleinwoorden en vreemde omkeringen zijn nodig om de regels te laten rijmen of ritmische haperingen op te vangen.
Dat maakt de versjes vaak geforceerd. Zoals het gedicht waaraan de titel van de bundel is ontleend: ,,Laten wij op reis gaan samen/reizen jij en ik,/ik en jij,/jouw hand in de hand van mij." Maar ook 'Als' begint krom: ,,Als mijn oma niet was gegaan,/die dag, langgeleden, door de laan (...)"
Het lijkt erop dat sommige verzen niet voldoende zijn gerijpt, want er staan ook goed gelukte, vloeiende teksten in de bundel. Zoals 'Eerste zomerdag': ,,De zon trekt/een vlinder uit een struik,/aan een onzichtbaar touw./Van op en neer en/op en neer en op/die lieve neus van jou." Dit is een schattig kleutervers met een origineel beeld in de eerste twee regels. Bovendien is de darteling van een vlinder vaardig gevangen in dat 'op en neer en op en neer en op'.
Ook het melancholische 'Poesie' is geslaagd: ,,Ik weet nog wie je vroeger was:/klein meisje in het warme gras,/met wespen zoemend om je glas./Je zat pas in de kleuterklas./Je werd zo snel wie je nu bent:/een meisje dat al Engels kent./I will always be your friend (...)." Zulke mooie momenten kunnen echter niet verbloemen dat de meeste teksten matige illustraties blijven bij de veel poëtischer tekeningen.
Lees ook de recensies over andere boeken van Sjoerd Kuyper:
|